De Algarve: Silves en Carvoeiro.

Na een keer heerlijk te hebben uitgeslapen, rijd ik rond tien uur weg uit Evora. De rit naar de Algarve verloopt zo voorspoedig, dat ik al na twee uur rijden in het uiterste zuiden van Portugal ben. De Algarve verschilt qua klimaat, cultuur en landschap sterk van de rest van Portugal. De mooie kust en het weer dat door de warme zee- en luchtstroming uit het naburige Noord-Afrika het hele jaar door mild is, maken de Algarve tot een populaire vakantiebestemming. De vruchtbare bodem en de strategisch belangrijke ligging trekken als sinds de tijd van de Feniciërs bezoekers. Vijf eeuwen Arabische overheersing, begonnen in 711 n.Chr., hebben hun sporen achtergelaten in de architectuur en sinaasappel- en amandelbomen. Toen de Christenen de Algarve in 1249 hadden heroverd, gingen de Portugese vorsten zich de koningen van de Algarve noemen. Hiermee werd de afgescheidenheid van de regio ten opzichte van de rest van het land benadrukt. Maar het is nu juist de Algarve die Portugal in de 15de eeuw beroemd heeft gemaakt. Toen richtte Hendrik de Zeevaarder in Sagres de Escola Nautica op, waarmee het tijdperk van de ontdekkingsreizen werd ingeluid. Het epicentrum van de aardbeving van 1755 lag in de Algarve. Bijna alle steden en dorpen werden verwoest of zwaar beschadigd. Dit verklaart waarom de regio zo weinig gebouwen van voor 1755 kent. Sinds de jaren zestig, toen de luchthaven van Faro werd geopend, zijn landbouw en visserij als belangrijkste bronnen van inkomsten voorbijgestreefd door het toerisme. Iets, dat ik direct tijdens mijn eerste stop in de Algarve merk: het kasteel van Silves. Na een week van Portugees gebabbel hoor ik nu overal Duitse, Nederlandse en Engelse klanken. De ligging van Silves was ideaal voor een versterkte nederzetting. De Romeinen bouwden hier al een kasteel, maar pas onder de Arabieren kwam de stad als de Moorse hoofdstad Xelb tot bloei. In de Moorse tijd stond de stad bekend als centrum van cultuur tot de ridders van Santiago de stad in 1242 veroverden. Tegenwoordig steken de rode muren van de stad af tegen de horizon. Het rode zandstenen kasteel in de stad stamt grotendeels uit de tijd van de Moren, hoewel het ook door de christenen is gebruikt als vesting en als gevangenis. Het was vanaf 1053 de residentie van de toenmalige heerser van Sevilla. De bolwerken bieden een fraai uitzicht over de stad en het land. Vanuit Silves rijd ik door naar Carvoeiro. Ooit een vissersdorp, maar nu één en al toerisme. Rondom het plaatsje liggen een aantal mooie stranden en over de rotsen is een wandelpad aangelegd. Heerlijk om daar bij een verkoelend briesje in het zonnetje te lopen en te genieten van het fantastische uitzicht. Na de wandeling gaat de lasagne op een terrasje en een ijsje op het strand er prima in. Een goede manier om een actieve vakantie mee af te sluiten. Gewoon een paar dagen beach fun. Toch jammer, dat die blauwe lucht niet in de koffer in te pakken is. :-)