Kaunas en Trakai.
Door: GlobetrotterJo
Blijf op de hoogte en volg Jolanda
18 Mei 2012 | Litouwen, Vilnius
Wanneer ik vanochtend al vroeg spontaan wakker word, blijken bij een openslaan van de gordijnen de weersvoorspellingen te kloppen: het regent zonnestralen. In plaats van me nog een keer om te draaien in bed besluit ik dan ook om op tijd mijn mandje uit te kruipen om maximaal van deze dag te genieten. Na een prima ontbijt wandel ik naar het oude centrum van Kaunas. Deze op één na grootste stad van Litouwen ligt aan de samenloop van de twee grootste rivieren van het land. De ontwikkeling van de stad werd geremd door een serie rampen, waaronder invallen van Russen, Zweden en Napoleon. De snelle groei in de 19de eeuw culmineerde in de status van tijdelijke hoofdstad van onafhankelijk Litouwen in 1919. Later had de stad zwaar te lijden van de nazi’s en de Sovjets. Nu is Kaunas een moderne stad met een boulevard en een reeks musea. De historische bezienswaardigheden zijn geconcentreerd in de goed bewaard gebleven oude stad. Het Oude Raadhuis, plaatselijk bekend als de Witte Zwaan, lijkt met zijn toren veel op een kerk. Sinds de 16 de eeuw is het gebouw gebruikt door kooplieden, magistraten en de burgemeester. Ook bezit het een ondergrondse gevangenis. De Drie-eenheidskerk uit 1620 werd gebouwd als bernardijnse kloosterkerk en is nog in uitstekende staat. De St. Joriskerk, een gotische kerk uit de 15de eeuw, brandde tot twee keer toe af voordat het interieur in barokke stijl werd hersteld. De ruïne van het kasteel van Kaunas herinnert aan de strategische betekenis van deze locatie tussen de twee grootste rivieren van Litouwen. Het eerste gebouw verrees hier in de 13de eeuw. De kruisvaarders brachten het in 1362 zware schade toe. Na de restauratie werd met de Duitse ridders afgerekend bij de Slag bij Grünwald. In de 18de eeuw was het kasteel in gebruik als gevangenis. Het werd gerestaureerd in de jaren 1920. Het oude centrum is een voetgangersgebied met overal oude, gekleurde huizen en terrasjes. Alles doet me denken aan de dorpen Sibiu en Brasov in Roemenië. In het moderne centrum van Kaunas loop ik over de lange boulevard Lasives aleja naar de St. Michael kerk. Het lijkt wel alsof er geen einde aan de boulevard komt. Heel veel voetstappen later sta ik bij de imposante kerk die oorspronkelijk een Russisch-orthodoxe kerk was. Het karakter van de kerk met de blauwzilveren uivormige koepels straalt dat ook uit. Na mijn spullen in de hotelkamer te hebben opgehaald zet ik mijn verkenning van Litouwen voort met een autorit naar kasteeleiland Trakai. Het indrukwekkende Kasteeleiland van Trakai was tijdens het bewind van Vytautas de Grote het centrum van de macht. Het werd voltooid net voor de overwinning van het groothertogdom op de Duitse ridders in de Slag bij Grünwald in 1410. Daarna nam het belang van Vilnius toe ten koste van Trakai, dat ten slotte door de kozakken werd verwoest tijdens de Russische invasie van 1655. Eind 19de eeuw, de tijd van het nationaal reveil, vormden de trieste ruïnes op het eiland een inspiratiebron voor dichters en schilders. Merkwaardig genoeg werd in de jaren vijftig, dus tijdens het Sovjet bewind, de reconstructie van dit monument van Litouwse glorie ter hand genomen. In 1987 was deze restauratie afgerond. Een houten voetbrug verbindt het Kasteeleiland met het vasteland. Langs de oever van het eiland is een wandeling te maken. De ligging van het imposante kasteel is prachtig. Op het meer dobberen bootjes en de natuur is uitbundig groen. Het kasteel van Trakai ligt slechts een half uurtje rijden van Vilnius. De hoofdstad van Litouwen en mijn volgende bestemming op mijn Baltische verkenning. Vanuit mijn hotelkamer op de twaalfde verdieping kijk ik over het oude centrum van Vilnius uit. Ook al is het inmiddels half vier, ik besluit nog actief te doen en gewapend met een plattegrond de stad te gaan verkennen. Zo’n drie uur flink doorstappen later kom ik terug in het hotel. Samen met de wandeling in Kaunas en Trakai schat ik in, dat ik vandaag toch bijna een halve marathon heb afgelegd. En dat voel ik. Het verslag over Vilnius, dat ik morgen nog verder ga verkennen, gaat dus even op een tegoedbon. Ik ga mijn meer dan moeie voeten zo rust geven in het bed. En omdat dat net zo makkelijk is, neem ik de rest van mijn moeie lichaam ook maar direct mee richting matras. ‘Viso rytoj’, oftewel ‘tot morgen’ in goed Litouws. Want, in goed Nederlands: ik ben doodmoe.