Kunming en het Stenen Woud
Door: GlobetrotterJo
Blijf op de hoogte en volg Jolanda
24 Oktober 2010 | China, Kunming
De zuidwestelijke provincie Yunnan biedt een grote verscheidenheid aan landschappen, klimaten en volken. In het noordoosten doemt het Tibetaanse Hoogland op, in het zuiden dienen zich tropische regenwouden en vulkanische vlakten aan. Dit geïsoleerde grensgebied weerstond eeuwenlang de invloeden van de Han-Chinezen en lokale culturen bleven bewaard. De hoofdstad van deze provincie is Kunming. Dankzij het gematigde klimaat heeft deze stad de bijnaam Stad van de Eeuwige Lente. Vlakbij Kunming liggen de kalksteenzuilen van het Stenen Woud, een beroemd natuurwonder. Plaatselijke fossielen wijzen uit dat het Stenen Woud zo’n 270 miljoen jaar geleden is gevormd. Een kalksteenafzetting op de zeebodem werd, na het droogvallen van de zee, door de eroderende werking van wind en regen in grillige vormen geslepen. De rotsformaties, sommige dertig meter hoog, dragen fantasierijke namen als Neushoorn die naar de Maan kijkt, Eeuwige Schimmel en Vrouw die op haar Man wacht. Het landschap, dat aan een versteend woud doet denken, wordt afgewisseld door kronkelende paden, vijvers en uitkijkpunten. Het in het park van het Stenen Woud werkende personeel behoort tot de Sami. De Sami is één van de ondergroepen van de Yi, een bevolkingsgroep die verspreid over Zuidwest-China woont. De Yi hebben hun eigen geschreven taal en talrijke geschriften over geneeskunde, geschiedenis en de genealogie van hun heersers. Veel Yi groepen waren tot in de 20ste eeuw feodaal en bij sommige leeft het sjamanisme nog. De Sami dames zien er kleurrijk uit. We hebben geluk met het weer. Tijdens de bewolkte dag komt soms zelfs een drup regen naar beneden. In het park breekt echter de lucht een tijdje open om zo de kalksteenformaties in de schijnwerpers van de zon te zetten. Na een heerlijke lunch rijden we naar een dorp op het platteland. Hier geen High Tech zoals in de grote steden, maar pure armoede bij de boerenbevolking die vooral maïs verbouwt. Een busrit van een uur brengt ons weer terug bij ons luxe viersterrenhotel. Na vier dagen verplicht Chinees eten besluit ik een salade bij de roomservice te bestellen en wat crackers in de supermarkt te halen. De supermarkt is vlakbij het hotel. Alleen maar één kruising verwijderd. In Beijing en Shanghai is alles met stoplichten goed geregeld. Zo gaat het hier echter in het zuidwestelijk deel van China niet. Zeker. Er zijn zebrapaden en er zijn stoplichten. Maar daar trekt niemand zich iets van aan. Twee straten oversteken voelt dan ook bijna als een daad van levensmoeheid aan. Enig fatalisme is nodig om verder te komen. Met een opgelucht gevoel zet ik dan ook na deze avontuurlijke tocht mijn voet op de stoep voor het hotel. Ik heb het gered en alles zit er nog aan. Op dat moment racet een bromfiets de stoep op en passeert mij op een haar. Terwijl ik met bonkend hart kijk hoe de ‘bromfietsduivel’ zijn tocht op de stoep vervolgd, begint de naast mij staande Chinees flink te roggelen om daarna zijn fluim uit te spugen. Officieel mag dat niet meer. Maar ja, door rood rijden en over trottoirs racen zal ook wel niet mogen. En iedereen doet het wel. High Tech en luxe Duitse wagens in de steden. Immense armoede en bijgeloof op het platteland. Verwarmde doekjes voor de maaltijden. Roggelen en spugen op straat. China is een land vol tegenstellingen. Althans in mijn westerse ogen. Want hier zal dit alles wel een kwestie van Yin en Yang zijn. :)