Bucaco, Coimbra en Tomar.
Blijf op de hoogte en volg Jolanda
22 Juni 2013 | Portugal, Tomar
Na een prima ontbijt rijd ik al rond acht uur weg bij de Quinta. Op korte afstand van de Quinta ligt mijn eerste stop van vandaag: Bucaco. Bucaco, deels bos en deels wandelpark, was al in de 6de eeuw een kloosterlijke retraite. In 1628 bouwden de karmelieten hier een huis en ommuurden het bos om de wereld op afstand te houden. De monniken legden paden aan, bouwden kapellen en plantten bomen. De bomenverzameling, uitgebreid door ontdekkingsreizigers, verwierf in 1632 pauselijke protectie en bevat nu ongeveer zevenhonderd inheemse en exotische soorten. In 1834 werd het klooster gesloten, maar het bos leeft voort met zijn wandelpaden en paleis Bussaco. Dit extravagante jachtslot in neomanuel stijl werd voltooid in 1907. Na mijn bezoek aan Bucaco rijd ik in een half uur tijd door naar Coimbra. Coimbra, geboorteplaats van zes koningen en zetel van Portugals oudste universiteit, is zeer geliefd. De stad bestond al in de Romeinse tijd. De stad werd in 878 op de Moren veroverd, maar een eeuw later viel de stad weer in Moorse handen, totdat de stad tenslotte in 1064 werd bevrijd door Ferdinand de Grote van Castilië. Toen Alfonso Henriques, de eerste Portugese koning, besloot zijn hoofdstad naar het zuiden te verplaatsen, viel zijn keuze op Coimbra. Een eer die de stad behield tot 1256. Voor Portugezen is Coimbra de bakermaat van de staat. De stad is een schatkamer van de geschiedenis. In het historische hart van de stad liggen kathedralen, een universiteit en een museum. Na een late en meer dan heerlijke lunch van lasagne op een terrasje bij de rivier rijd ik rond drie uur naar Tomar. Een historische plaats gelegen op een uurtje rijden van Coimbra. In 1157 stichtte de eerste grootmeester van de Orde der Tempeliers in Portugal de stad Tomar, die wordt overheerst door het 12de-eeuwse kasteel met het Convento de Christo. Het ‘klooster van Christus’ is nog vol herinneringen aan de monnik-ridders van de Tempeliers en aan hun erfgenamen, de Christusorde. In de 12de en 13de eeuw hielpen de Tempeliers de Portugezen bij hun strijd tegen Moorse ‘ongelovigen’. Ze werden hiervoor beloond met grote stukken land en veel politieke macht. Kastelen, kerken en steden werden gebouwd onder hun bescherming. De idealen van de christelijke expansie leefden op, toen hun grootmeester en tevens koning Hendrik de Zeevaarder de inkomsten van de orde investeerde in ontdekkingsreizen. Bij de toen vergaarde rijkdommen werden architecten ingezet om de macht van de orde in het kasteel Convento de Christo in steen uit te drukken. Zij bouwden bijgebouwen met duizelingwekkende versieringen in Manuel stijl naast de kerk. Het kloosterkasteel is ook nu nog meer dan indrukwekkend. Als slot van de dag wandel ik nog door de oude straatjes van Tomar en drink ik nog wat op een terrasje bij de oude gotische kerk. Het was een schitterende dag, maar wel één van zelfs voor mijn doen heel erg veel ondernemen. Ik hoop, dat het bed een goede vering heeft. Want. Het kan niet anders dan dat ik er zo simpelweg in val. :-)